Tegenslag

Tip voor de ouders:

Om je kind te helpen bij het leren omgaan met tegenslagen kun je heel goed het woordje NOG gebruiken. Leer je kind om het woord ‘nog’ toe te voegen in een zin als hij praat over dat iets niet lukt. Dus als je kind gefrustreerd bij je komt nadat hij een wedstrijd verloren heeft, zeg je: ‘Je hebt NOG niet gewonnen.’ Hiermee laat je zien dat het nu niet gelukt is, maar dat er nog alle kans is om het te leren. Door te oefenen komt hij verder en lukt het de volgende keer wel!

• Ik kan niet touwklimmen = Ik kan NOG niet touwklimmen
• Het lukt me niet om de puzzel te maken = Het lukt me NOG niet om de puzzel te maken
• Ik heb weer niet gescoord = Ik heb NOG niet gescoord